Verslag: Roc d'Azur 2019
Begin oktober vindt een van de grootste mountainbike-events ter wereld plaats aan de Franse Azurenkust, tussen de mondaine badsteden Saint-Tropez en Cannes. Veronique Florizoone was een van de 20.000 deelnemers die dit jaar aan de start stonden.
In de Roc d’Azur hebben de deelnemers de keuze uit verschillende wedstrijdformules. Wij kozen voor "Roc Trophy", een 5-daagse wedstrijd die begon met een korte etappe van 33 km en 705 hm.
Er waren 3 getimede zones bergop en 1 bergaf. Op de eerste klim werd ik meteen onder druk gezet door een ander meisje, en dus kwam het competitiebeest in me naar boven. Gevolg? Ik ging te hard van start, kreeg last van de warmte en kreeg mijn ademhaling niet onder controle. Na een moeizame beklimming van 12 km besloot ik wijselijk om even op adem te komen en rustig af te dalen tot de volgende getimede klim, die al veel beter ging. Ook de gechronometreerde afdaling liep goed, tot ik een scherp voorwerp raakte en mijn achterband langzaam voelde leeglopen. Ik had geen reservemateriaal mee, dus zat er niets anders op dan de resterende 2 km te voet af te dalen. Bye bye goeie uitslag!
Op dag 2 stond er een ritje van 23 km en 360 hm op het programma. Dit was voor ieder een los-rij-ritje... Door het vroege startuur hadden we de rest van de dag vrij, en dus besloten om de toerist uit te hangen in Saint-Tropez, inclusief fotosessie bij het politiekantoor uit de Louis De Funes films.
Dag 3 was D-Day, de marathondag met 84 km en 2300 hm op het programma. Deze rit bleek bijzonder technisch. Lange beklimmingen werden gevolgd door heel technische afdalingen met rotsen, stenen, boomwortels, en duizenden bochten. Bij momenten voelde ik de adem van snellere dalers in mijn nek, maar op de smalle singletracks was het niet altijd eenvoudig om hen te laten passeren. Vooral de afdaling van de Fournel bleek een zware dobber.
Enkele keren nam ik een korte pauze om te eten, want tijdens het klimmen of dalen was dit gewoon onmogelijk. Uiteindelijk bolde ik na 6 h 08 over de meet. Goed voor een gemiddelde van amper 13,8 km/h. Dat zegt voldoende! Iedereen was ’s avonds dan ook bekaf.
Omwille van de vermoeidheid besloot ik om van dag 4 een rustdag te maken. Ik ging dan maar Guy aanmoedigen, die dag ervoor niet hadden kunnen rijden omwille van materiaalpech.
De rustdag deed deugd en op dag 5 waren de batterijen weer voldoende opgeladen om de slotetappe van 51 km en 1100 hm aan te vatten. Van bij de start draaide het lekker. Was het parcours minder technisch? Of begon ik gewoon te raken aan de afdalingen? Het liep alleszins een stuk beter. En de technische afdaling van de Fournel, waar ik op dag 3 nog mijn tanden op stukgebeten had, was nu voorbij voor ik het wist.
We sloten onze vijfdaagse af met een lunch aan het strand, waar we genoten van de andere wedstrijden die na ons gestart waren. Eerst kwamen de tandems binnen, daarna kwam een ludieke koers voorbij, waarvan alle deelnemers in carnavalsoutfits uitgedost waren.
Het was een mooie afsluiter van de vijfdaagse. Vorig jaar heb ik maar één van de 5 wedstrijden gereden omwille van de heftige regen. Dit jaar dit jaar al 4 van de 5 ritten... Ooit kom ik terug om hem volledig uit te rijden!